Vandaag stonden we weer op de telpost bij Geshanovo. De
voorspellingen waren dat er iets meer bewolking zou zijn, dus dat de roofvogels
hopelijk ook wat lager zouden vliegen. Dit was gedeeltelijk waar, alleen vlogen
er niet zoveel vogels. Overtrekkende roofvogels hadden we alleen maar tussen
half 10 en half 11, en daarvoor en daarna helemaal niks meer. We hadden vandaag
relatief veel kiekendieven (2 blauwe en 1 bruine) en verder 4 roodpootvalken en
een schreeuwarend. Ter plaatse hing er nog een slangenarend die nog wat leven
in de brouwerij bracht. Tussen de middag werden we uitgenodigd door de
huiseigenaar om samen met hem en wat andere Bulgaarse vogelaars een drankje te
nuttigen en een salade te eten. Het drankje is een lokaal spulletje dat
gestookt word in een dorpje verderop en wat iedereen eigenlijk wel drinkt hier.
Dit drankje hadden we gisteren ook gekregen van een vrouwtje in het dorp, dus
het was niet helemaal onbekend voor ons. Ondertussen was het ook vandaag weer
33 graden in de schaduw en dit zonder enige trek van vogels deed ons besluiten
halverwege de middag de telling af te breken.
Trekteltotalen van vandaag: 1 bruine kiekendief, 2 blauwe
kiekendief, 4 roodpootvalken, 2 torenvalken, 1 schreeuwarend, 7 kemphanen
De borrel van vanmiddag met een lekkere bak sla erbij.
Helemaal links de dame die vaker op deze telpost staat. Daarnaast in het rood
de huiseigenaar. Hier weer naast 1 van de 2 Bulgaren die de radar bedient en
helemaal rechts ikke.
De
lijsten die we tijdens het trektellen bij moeten houden. Op deze kaart
schrijven we per uur de temperatuur(in de schaduw), windrichting, soort
bewolking en percentage bewolking. Daaronder schrijven we per soort de gegevens
op. In het rood staan de roofvogels en in het blauw de andere soorten. Van de
andere soorten schrijven we op deze papieren alleen de grotere soorten of de belangrijkere
soorten zoals scharrelaars en ooievaars. Van deze soorten moeten we de afstand
en hoogte schatten en dan intekenen op de kaart. Op deze kaart tekenen we de
hoofd treklijnen in zodat duidelijk is waar de treklijnen liggen. Deze
treklijnen zijn tot nu toe allemaal hetzelfde. Per soort moeten we dan nog
bijhouden vanuit welke kant ze komen en welke kant ze opvliegen. De meeste
soorten komen uit het zuidwesten en gaan naar het noordoosten. Per soort
schrijvn we dan ook de activiteit op. Hierin maken we onderscheid in actieve
vlucht (A), glijvlucht (G) en thermiek (S.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten